Ga naar Content

Brandwonden Stichting Beverwijk organiseert kinderweek: "Hier zijn we allemaal hetzelfde"

Of het nu gaat om een hete kop thee of een bomaanslag, de littekens van hun brandwonden dragen ze de rest van hun leven met zich mee. De Brandwonden Stichting in Beverwijk organiseert daarom jaarlijks een kinderweek voor jonge slachtoffers. Hier ontmoeten ze lotgenoten, delen ze ervaringen en beleven ze vooral heel veel plezier. "Het is prettig dat je elkaar begrijpt en niemand elkaar vreemd aankijkt."

Zo'n 25 stuiterballen tussen de 7 en 11 jaar verzamelen zich van zondag tot en met donderdag in Almere voor de jaarlijkse kinderweek. De kinderen worden uitgenodigd door de brandwondencentra in Beverwijk, Rotterdam en Groningen. Tijdens de week wordt er gesport, geschminkt, fotolijstjes versierd en weinig geslapen. Ook worden er prille romances aangegaan en dezelfde week weer uitgemaakt. 

Kinderen eten marshmallows bij het kampvuur - Foto: Brandwondencentrum Beverwijk

Het is een doodnormaal vakantieweek, maar toch een tikkeltje anders. Want naast leuke activiteiten zijn er ook diepgaande gesprekken zoals: "Welke dokter heb jij?", "Wat is er met jou gebeurd?" en "Ben je nog boos op je oom of wat doe je tegen de pesters?"

Maar het feit dat dit soort vragen nu als 'doodnormaal' worden beschouwd, is een verademing. "De mensen hier begrijpen elkaar en weten hoe het voelt", vertelt de 10-jarige Luuk.

"Ik kan me niet voorstellen hoe 'normale' voeten er bij mij uit zouden zien."

Cleo

Nog geen jaar geleden viel een frituurpan over Luuks voeten en benen. "Mijn opa was aan het bakken, toen het raam plots open waaide. Er viel een bladblazer op de frituurpan en die kwam op mij terecht."

Terwijl Luuk zich dit nog heel precies kan herinneren, weet Cleo niets meer van haar brandwonden. "Ik was negen maanden oud en zat in de wasbak. Toen mijn moeder even wegliep, trok ik de hete kraan open." Ook haar benen en voeten zitten vol met littekens. "Maar ja, ze horen nu eenmaal bij mij. Ik kan me niet voorstellen hoe 'normale' voeten er bij mij uit zouden zien", zegt ze.

Verhalen delen

De kinderen weten bijna allemaal van elkaar wat er is gebeurd. "Dat hebben we elkaar gister tijdens het kampvuur verteld", zegt Sophia (11), terwijl ze haar fotolijstje versiert. Het kampvuur is een vast onderdeel tijdens de week om de negatieve associatie met vuur te doorbreken. 

Ook Sophia deelde daar haar verhaal. "Toen ik 4 was, morste mijn oom per ongeluk hete soep over mij heen. Ik kon een jaar lang niet naar school omdat ik twee maanden in het ziekenhuis moest blijven en daarna elke week terug moest voor behandelingen, waardoor ik niet naar school kon."

Maar het gaat lang niet de hele tijd over brandwonden. Er wordt vooral veel geklierd en gespeeld. "We praten met de meiden ook veel over jongens", zegt Sophia lachend.

Gepest

Toch delen de kinderen tussen de bedrijven door persoonlijke ervaringen met elkaar, omdat veel situaties herkenbaar zijn. "Ik werd vaak gepest. Ze lachten me uit, zeiden dat ze bang voor me waren en dat ik raar was," vertelt Sophia.

"Ja, dat had ik ook," zegt Aiden. "Zelfs mijn vrienden wilden een tijdje niet naast me zitten, omdat ze mijn littekens eng vonden."

"Bij mij is er toen een zuster op school gekomen die heeft uitgelegd wat brandwonden zijn en hoe het in het ziekenhuis gaat", zegt Sophia. "Toen is het pesten wel minder geworden."

Verbergen

In hun directe omgeving kennen de kinderen vaak niemand anders met brandwonden, dus is het voor hen fijn om te zien dat ze niet alleen zijn. "Ze leren hier dat ze er mogen zijn en zichzelf niet hoeven te verbergen", vertelt begeleidster Anne, die zelf ook brandwonden heeft.

Toen ze vijftien was, werd ze aangereden door een vrachtauto die haar niet zag in de dode hoek. Ze liep brandwonden op door de hitte die vrijkwam toen ze over het asfalt werd geschuurd.

"Ik trok onbewust toch altijd een lange broek aan om anderen niet te laten schrikken."

Anne, begeleidster

Jarenlang heeft ze zichzelf toch enigszins verstopt. "Ik trok onbewust toch altijd een lange broek aan om anderen niet te laten schrikken", vertelt ze.

Aan het begin van de week gaan we daarom altijd met de kinderen zwemmen, legt ze uit. "Dit doen we omdat veel kinderen dit juist spannend vinden vanwege hun zichtbare littekens. Nu doen we dit met zijn allen, inclusief begeleiders, waardoor ze het minder eng vinden."

Stappen maken

En dat helpt, vertelt Anne. "Ik heb weleens van ouders gehoord, dat hun kind na de week echt een boost in het zelfvertrouwen heeft gekregen."

Luuk durfde tijdens de week voor het eerst zijn zwemsokken uit te doen. "Die draag ik altijd zodat niemand mijn littekens ziet, maar hier ben ik niet de enige die ze heeft", zegt hij. En de volgende keer dat hij thuis gaat zwemmen, "laat ik ze denk ik wel weg, omdat ik het nu al een keer heb gedaan."

Lees ook

Tips?

Stuur ons jouw tips op [email protected]