De zomertijd gaat in, dit doet het met ons lijf

De zomertijd is in 1977 ingesteld vanwege economische redenen. Het doel: besparen van energie. Door de klok een uurtje vooruit te zetten wordt meer gebruik gemaakt van het daglicht en hoeven de lampen dus minder lang aan. Handig, maar eigenlijk tegennatuurlijk. De wintertijd is namelijk de 'normale' tijd.  

Verstoren van ritme

Naast economische invloed, heeft het verzetten van de klok ook invloed op het menselijk lichaam. De biologische klok wordt verstoord, waardoor je langere tijd moeite kan hebben met slaap. Het kan lastiger worden om in slaap te komen, of juist om wakker te worden. Vaak went het nieuwe ritme vanzelf. 

Niet alleen onze slaap is de pineut, ook onze hormonen. De hormoonhuishouding wordt net zoals ons slaapritme verstoord. Volgens neuroloog Raymond Vogels van het Noordwest Ziekenhuisgroep kan het tot zes weken duren voordat de hormonale balans weer helemaal oké is. 

De invloed op het lichaam is één van de redenen waarom er een tijd sprake is geweest van het afschaffen van de zomer- en wintertijd. Dit plan is weer de ijskast ingegaan. Volgens de Rijksoverheid moet er meer onderzoek worden gedaan. "Het kabinet vindt dat de Europese Commissie nog niet duidelijk aangeeft wat de voor- en nadelen van de afschaffing zijn. Daarvoor is een diepgaande effectbeoordeling door de Europese Commissie nodig."

Dit kan je doen

Toch zijn er ook dingen die je zelf kan doen om de invloed van het verzetten van de klok te verminderen. "Zorg ervoor dat je de week ervoor al wat vroeger naar bed gaat. Door alvast te wennen is de klap minder groot en heb je dus minder last", aldus Vogels.