Ga naar Content

Dwangsom van 1 miljoen voor 'lachgaskoning' was terecht, oordeelt de Raad van State

De dwangsom van 1 miljoen euro die gemeente oplegde aan Deniz Üresin, destijds ook wel bekend als 'de lachgaskoning', is terecht. Dat oordeelt de Raad van State vandaag.

Üresin dacht in 2019 het verkoopverbod op lachgas in de stad te omzeilen omdat hij naar eigen zeggen niet aan straatverkoop deed, maar online bestellingen leverde. 

Foto:

Omdat Üresin, die geen vergunning had, gewoon doorging met het verkopen van lachgas, zorgde hij voor "ontoelaatbare hinder", vond de gemeente. Üresin kreeg meerdere dwangsommen opgelegd, die uiteindelijk opliepen tot 1 miljoen euro. De verkoper stapte daarop naar de rechter. Die stelde de gemeente in 2021 in het gelijk. De Raad van State doet dat nu dus ook.

Geluidsoverlast

De gemeente voerde daarnaast ook aan dat de hinder te maken had met geluidsoverlast, veroorzaakt door het vullen of knappen van ballonnen. Volgens Üresin valt een lachgastank niet onder de apparaten die in het APV-artikel over geluidsoverlast genoemd worden. Volgens de Raad van State klopt er niets van dat argument.

Omdat lachgas vanaf 2016 onder de Warenwet viel, kon het recreatieve gebruik ervan lange tijd niet worden verboden. Daarom probeerde Amsterdam vanaf 2019 de straatverkoop ervan aan banden te leggen, iets wat Üresin dus probeerde te omzeilen. Als zelfbenoemde 'lachgaskoning' kreeg hij daar landelijke bekendheid mee.

In 2021 volgde er ook een verbod op de verkoop van lachgas in de horeca en op evenementen. Sinds het begin van dit jaar valt lachgas onder de Opiumwet, waardoor het sowieso niet meer is toegestaan om lachgas te verkopen en te gebruiken. Voor lachgas voor de zorg, de industrie en voor gebruik in voedingsmiddelen geldt een uitzondering.

Lees ook

💬 Wil je niets missen uit Amsterdam?

Tikfout gezien? Laat het ons weten via [email protected]