Ga naar Content

Wéér gewonde in Haarlemse P.C. Boutensstraat, maar niemand grijpt in

Hoeveel waarschuwingen moeten er nog volgen? Hans van Geijlswijk kan er met zijn gedachten niet meer bij. De Haarlemmer waarschuwt al jaren voor de brandveiligheid van de appartementencomplexen in Delftwijk. Vanochtend was er weer brand in één van de flats. Enkele weken daarvoor meldde het Haarlemse gemeentebestuur nog geen extra actie te ondernemen.

Leden van de Explosieve Opruimingsdienst en de Forensische Opsporing melden zich in de P.C. Boutensstraat - Foto: Inter Visual Studio

Op vrijdagochtend melden leden van de Explosieve Opruimingsdienst en de Forensische Opsporing zich in de P.C. Boutensstraat. In het appartement waar eerder die ochtend brand woedde, wordt onderzoek gedaan. Er is het vermoeden dat er een explosief in de woning aanwezig is.

Acht bewoners nagekeken

Op dat moment zijn er al acht bewoners van het complex door ambulancepersoneel nagekeken. Eén bewoner is met brandwonden naar het ziekenhuis overgebracht. Een situatie die doet denken aan drie maanden terug, toen na een brand twee bewoners naar het ziekenhuis moesten en er een hond overleed. 

De brand van vandaag blijkt rond hetzelfde portiek als toen te hebben gewoed. De houten schotten, die na het vorige onheil voor de kozijnen waren geschroefd, hangen er nog steeds. Het illustreert de onrust die al langer leeft onder bewoners van de flats. Er heerst een gevoel van onveiligheid en er is niemand die dat wegneemt. De gemeente niet, de brandweer en de woningbouwvereniging ook niet.

Tekst loopt door onder de foto.

Vrijdagochtend vroeg wordt er geblust in de P.C. Boutensstraat - Foto: Foto: Inter Visual Studio

“Ik maak me het meest zorgen om de bewoners op de tweede en derde etage”, vertelt bewoner Hans van Geijlswijk na de vorige brand tegen NH Nieuws. “Dat komt doordat je in die woningen snel opgesloten zit. Er is geen galerij, alleen een trapportiek. Dus als er brand is in het portiek kan je geen kant op.”

“Er is niks veranderd", zegt Hans nu, na de nieuwe brand. “Toevallig kreeg ik onlangs bericht dat ik was geselecteerd voor een bewonersenquête van de woningbouwvereniging. Dus ik heb al mijn zorgen over de brandveiligheid weer doorgegeven. Daarna heb ik niks meer gehoord. In de gemeenschappelijke ruimtes is ook niks veranderd.”

Raadsvragen

In de tussentijd zijn er ook raadsvragen gesteld. Na de vorige brand wil de Actiepartij van het stadsbestuur weten hoe er op de brandveiligheid wordt toegezien. De partij wijst op het ontbreken van rookmelders in de portieken van de flats in Delftwijk. Het antwoord volgt weken later. 

Tekst loopt door onder de foto.

Houten planken herinneren aan de vorige brand in het complex - Foto: NH Media/Maikel Ineke

Rookmelders zijn alleen in woningen verplicht, antwoordt het college, niet in portieken. ‘Het staat de gebouweigenaar natuurlijk vrij om een hogere kwaliteit dan wettelijk is voorgeschreven na te streven, zoals bijvoorbeeld het plaatsen van rookmelders in een trappenhuis.’

Zorg van bewoners

‘Wij begrijpen de zorg van bewoners”, schrijft het college verder. ‘Tegelijkertijd vervullen de bewoners zelf ook een grote rol in de mate van brandveiligheid in hun portiekflat. Voor dit soort overtredingen is het aan de gebouweigenaar (...) om hierover duidelijke afspraken met de bewoners.’

De betreffende appartementencomplexen zijn in het bezit van Pré Wonen. Bewoner Hans dringt er al langer bij de woningbouwvereniging op aan om de bewoners meer bewust te maken van brandveiligheid. “Je kan al beginnen met een A4’tje op een mededelingenbord.” Tegelijkertijd constateert hij dat ‘steeds meer mensen met een rugzakje’ in de flats terechtkomen.

Tekst loopt door onder de foto.

Speciale eenheden gaan de woning binnen waar de brand heeft gewoed - Foto: Inter Visual Studio

Dat vermoeden wordt bevestigd als de Explosieve Opruimingsdienst en de Forensische Opsporing zich in de P.C. Boutensstraat melden. Volgens een woordvoerder van Veiligheidsregio Kennemerland heeft deze brand niks te maken met de eerdere brand. Tegelijkertijd doet de brandweer nog onderzoek naar de oorzaak van de brand. 

Een woordvoerder van Pré Wonen meldt dat de woningbouwvereniging wacht tot de woningen zijn vrijgegeven. Dan worden de getroffen appartementen en het portiek schoongemaakt, ‘zodat bewoners zo snel mogelijk terug kunnen naar hun woningen’.

Geen wettelijke grondslag om op te treden

Vanuit het gemeentebestuur is na de vorige brand geen extra actie ondernomen om de brandveiligheid in Delftwijk te verbeteren. In een reactie op raadsvragen van de Actiepartij schrijft het college van burgemeester en wethouders in juni onder meer:

De portiekwoningen in Haarlem zijn voor een deel in handen van woningcorporaties of daarmee gelijk te stellen gebouweigenaren en deels in handen van privé eigenaren. De gebouweigenaar is in eerste instantie zelf verantwoordelijk voor de staat van het gebouw en dat wordt voldaan aan de voorschriften uit het Besluit bouwwerken leefomgeving (hierna: Bbl), voorheen het Bouwbesluit 2012. 

Het Bbl kent twee niveaus van voorschriften, namelijk voor nieuwbouw en voor bestaande bouw. Voor bestaande gebouwen geldt het principe van verworven rechten (rechtens verkregen niveau), wat inhoudt dat deze gebouwen zoveel mogelijk worden ontzien wanneer bestaande technische eisen worden aangescherpt of nieuwe eisen worden geïntroduceerd. Dit betekent dat portiekflats, die vooral in de jaren '60 en '70 zijn gebouwd en die ten tijd van vergunningverlening voldeden aan de toen geldende technische eisen, niet alsnog met de nu geldende hogere eisen van het Bbl worden geconfronteerd.

Een wettelijke grondslag om op te treden tegen het ontbreken van een extra vluchtroute of een rookmelder in een trappenhuis ontbreekt. Wat betreft de rookmelder wordt opgemerkt dat deze per 1 juli 2022 verplicht is binnen een woning, maar dit geldt niet voor trappenhuizen. Het staat de gebouweigenaar natuurlijk vrij om een hogere kwaliteit dan wettelijk is voorgeschreven na te streven, zoals bijvoorbeeld het plaatsen van rookmelders in een trappenhuis.

Lees ook